Drugs kun je onderverdelen in soft- en harddrugs.
Onder softdrugs verstaan we hasj en wiet. Als je onder invloed bent van een softdrug mag je geen voertuig besturen. Softdrugs veranderen je bewustzijn, waardoor de werkelijkheid niet meer overeen komt met je belevingswereld. Heel relaxed allemaal, maar niet gaan autorijden.
Harddrugs kan je onderverdelen in harddrugs die verdoven, bijvoorbeeld heroïne en harddrugs die stimuleren zoals XTC, cocaïne of speed. Bij gebruik van deze drugs is het besturen van een voertuig levensgevaarlijk. De stimulerende drugs maken je overmoedig, waardoor je geen gevaar meer ziet.
De verdovende drugs maken je versuft waardoor je de verkeerssituaties niet meer in je kan opnemen.